2870 Achterstand bij de Volkscredietbanken in de Buiten gewesten: 1925 19 9.855.000 391.000 5.0 1926 18 10.831.000 241.000 2.53 1927 18 12.963.000 276.000 2.42 1928 18 14.096.000 333.000 2.64 1929 18 14.724.000 389.000 2.89 1930 18 13.766.000 590.000 4.68 1931 18 11.708.000 1.463.000 13.71 1932 18 8.904.000 2.348.000 29.54 Deze cijfers van den achterstand zijn ontzettend, en teekenen een zeer achteruitgaanden economischen toe stand. Gelukkig, dat de Volkscredietbanken een zeer groot zuiver vermogen bezitten; bij een uitgeleend kapitaal op 31 Dcc. 1932 van 29.700.000 bezaten de gezamen lijke volkscredietbanken van Java en Madoera een zui ver vermogen van 14.450.000; en die van de Buitenge westen bij een uitgeleend kapitaal van 8.900.000 een zuiver vermogen van 3.340.000. De rente door de voorschotnemers te betalen is vol gens onze begrippen nog zeer hoog. De minste rente is 8 of 9%, maar er zijn maar een paar banken, die deze rente heffen; 32 Banken vroegen geen hooger rente dan 12%. 55 Banken hooger dan 12%, maar minder dan 18%. De Desaloemboengs (instellingen waarbij meestal in natura geleend wordt n.1. rijst, vooral om uit te zaaien), hebben in het jaar 1932 een gunstig jaar gehad. De rijstoogsten waren goed. Maar de prijzen liepen enorm terug. Op den laat- sten Decem ber v.h. jaar: Aantal banken Uitgeleende gelden Achterstallige gelden Percent van de uitgeleende gelden

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1933 | | pagina 4