2761
en 29 Maart 1932 aangenomen, terwijl op 2 Mei d.a.v.
de ministerieele verklaring van geen bezwaar werd ver
kregen.
Artikel 43 lid 1 der Statuten luidt thans als volgt:
„Na aftrek van alle salarissen, afschrijvingen en
kosten op het beheer der vennootschap gevallen, en
na het treffen van door Directie en Commissarissen
gewenscht geachte voorzieningen en reserveeringen
voor bijzondere doeleinden, wordt 10% der winst in
het reservefonds gestort".
Door deze wijziging wordt de mogelijkheid geopend
om over te gaan tot het vormen eener extra-reserve,
wat ons noodzakelijk voorkomt, aangezien het reserve
fonds in vergelijking met het bedrag der verstrekte borg
tochten 2.500.000.naar onze meening te klein is.
De bedrijfswinst bedroeg 12.069.83.
Voor vorming eener extra-re-
serve wordt 40% overeenkom
stig het gewijzigde artikel 43
lid 1 der statuten bestemd 4.827.93.
Blijft 7.241.90.
Wij stellen U voor aan dit bedrag overeenkomstig art.
43 der Statuten vervolgens de navolgende bestemming
te geven:
Winst na aftrek van de extra reserve 7.241.90
10% aan het reservefonds 724.19
5% dividend a. d. aandeelhouders - 1.750.2.474.19
waarna blijft te verdeelen 4.767.71
Van dit bedrag komt:
20% aan aandeelhouders 953.54
40% aan het reservefonds - 1.907.08
15% aan den directeur - 715.16
v) 15% aan de beambten - 715.16
10% aan commissarissen - 476.77 4.767.71
Deze bedragen worden uitgekeerd aan de Coöperatieve Centrale
Boerenleenbank.