2599
altijd klagen over den slechten tijd en hoogstens goed
genoeg zijn, om belasting op te brengen! (Applaus.)
Het is betreurenswaardig, M. d. V., dat in die geestes
gesteldheid in Overheidskringen nog maar zoo moeilijk
wijziging kan worden gebracht. En ik beschouw het dan
ook als een belangrijke taak voor ons allen, dat wij overal
waar wij kunnen en over invloed beschikken, een juister
waardeering voor het platte land trachten te bevorde
ren en beter inzicht en kennis zien bij te brengen van
wat er in den huidigen tijd zich afspeelt onder de zwoe
gers van het platteland.
M. d. V., wanneer ik mij aldus den toestand van het
platteland zooals ik hem dagelijks meemaak en met
eigen oogen aanschouw, voor den geest haal, dan vraag
ik mij dikwijls af, wat er van het platteland zou zijn ge
worden, als wij niet de krachtige landbouworganisaties
hadden gehad, die in eendrachtige samenwerking hun
sociale taak in het belang van den boer en tuinder heb
ben verricht en nog blijven volvoeren iederen dag op
nieuw.
En dan denk ik vanzelfsprekend ook vooral aan die
sterke economische en sociale organisatie, die onze boe
renleenbanken zijn.
De Boerenleenbanken, die geheel in den geest van
Vader Raiffeisen op het oogenblik duizenden neen
tienduizenden boeren voor den ondergang behoeden.
De geweldige beteekenis van de boerenleenbanken,
M. d. V., komt niet zoo zeer tot uitdrukking in een tijd
van hoog-conjuctuur als alles van zelf loopt en iedereen
den kost verdient. Maar in tijden van nood als deze,
waarin men zijn vrienden leert kennen, blijkt het wat
een machtige en niet te waardeeren trouwe vriend de
Boerenleenbank is.
Aan alle zijden ziet men hoe de credietgevers zich
haasten om de gelden, die zij hebben uitgeleend terug te
trekken. Door het algemeen wantrouwen, dat er in de
wereld heerscht, wordt er een dergelijke stagnatie in het
bedrijfsleven veroorzaakt, dat het uitermate moeilijk
wordt gemaakt om zijn bedrijf op peil en op gang te