2568 waarde met eene hypotheek te bezwaren. Men moet hierbij onderscheid maken tusschen eene van de zijde van den geldschieter steeds op bepaalden termijn op* zegbare en eene voor langen tijd onopzegbare amorti* satiehypotheek. In het eerste geval kan de vraag niet toestemmend worden beantwoord. Immers daalt de grondwaarde ook maar een weinig en wordt dan de hypotheek opgezegd, zoo zal het zeer moeilijk vallen deze door eene nieuwe hypotheek van gelijk bedrag, dat dan meer dan 2/a der waarde zou uitmaken, te ver* vangen. Verkoop van het goed, geheel of althans gedeel* telijk, zou, zoo de landbouwer hierin niet slaagde, moe* ten volgen, en dat in een voor hem juist zoo ongunsti* gen tijd! Anders is het in het tweede geval gesteld. Aan eene amortisatiehypotheek kleeft zoodanig bezwaar niet; men is hier tegen opzegging verzekerd en boven* dien wordt door de geregelde delging elk jaar de ver* houding tusschen de waarde van het goed en de daarop rustende schuld gunstiger. Ook bij andere hypotheek* vormen doet de boer er goed aan onopzegbaarheid ge* durende een zekeren tijd te bedingen alsmede tusschen* tijds af te lossen zooveel hij vermag. Op een en ander zal nader worden teruggekomen. Komt hij dan in de noodzakelijkheid, naar een anderen geldschieter om te zien, zoo zal hij dezen gemakkelijker kunnen vinden en ook de kosten, aan zulk eene verwisseling van crediteur verbonden, beter kunnen dragen. Vooral uit Duitschland worden vele klachten verno* men over de „Verschuldung" of „Ueberschuldung" van het grondbezit. Het gemakkelijk en goedkoop verkrijgen van hypo* thecair crediet verleidt in opgaande tijden velen, om met te weinig eigen middelen een groot bedrijf te be* ginnen en de grondprijzen buitensporig op te drijven in de onderstelling, dat de toekomst nog grootere stij* ging van deze zal brengen. Treedt echter eene eenigs* zins blijvende daling der productenprijzen in, dan kun* nen de opgedreven grondprijzen niet stand houden. De landbouwer kan uit de opbrengst niet meer de rente

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1932 | | pagina 4