25/5
dat thans nog zulke schroom zou bestaan hadden wij
niet verwacht. Het is ons onbekend, of deze wordt
waargenomen enkel in Zuid^Limburg; gewoonlijk mag
men aannemen, dat dergelijke verschijnselen ook in
andere deelen des Lands voorkomen, al hebben ons
dienaangaande nooit klachten bereikt.
Daarom is het wel wenschelijk aan te toonen, eer*
stens, dat de Boerenleenbanken vanaf het ontstaan tot
heden, buitengewoon veel diensten als voorschotbank
ken hebben gepresteerd, en verder, dat zulke schroom
geheel ongerechtvaardigd is.
Om zich te overtuigen dat er van de Boerenleen
banken een druk gebruik gemaakt is en wordt als
voorschotbank, gelieve men de volgende statistieken
eens goed te bestudeeren.
De bedragen die telken jare aan nieuwe voorschotten
gegeven worden, beloopen vele millioenen.
Belangrijk is eveneens de statistiek van de terugbe?
taling der voorschotten, welke met uitzondering van
het jaar 1915, steeds blijft onder het bedrag van de
voorschotten, in het dienstjaar verleend.
Boek
jaar.
Aantal
Boerenleen
banken.
Aantal leden.
Totaal
Aantal voor
schotten.
Aantal
voorschotten
per bank.
1899
33
1128
248
7
1900
46
2.093
733
16
1905
154
11.919
3.874
25
1910
283
24.586
10.864
38
1915
386
38.806
18.319
47
1920
490
56.109
23.860
48
1925
537
66.470
35.495
66
1926
543
67.425
37.236
68
1927
549
69.393
38.492
70
1928
550
70.661
39.240
71
1929
555
72.468
39.807
71
1930
559
73.954
40.769
73