2490 Dc Boerenhypotheekbank moet het geld, om leenin gen te kunnen doen, door de uitgifte van pandbrieven ontvangen. Deze pandbrieven zijn zoo solied mogelijk, als de helft der geschatte waarde op hypotheek wordt gegeven; en slechts dan 2/s der geschatte waarde, als er eene borgstelling door eene Boerenleenbank bijkomt. Door deze bepalingen is het mogelijk een voldoend aan tal pandbrieven te plaatsen. Zonder deze borgstelling zou de Boerenhypotheek bank niet verder kunnen uitleenen dan de helft der ge schatte waarde en zou een lid der Boerenleenbank som wijlen niet voldoende geholpen kunnen worden. Daar om is de mogelijkheid eener borgstelling door de Boe renleenbank ingevoerd. Het Bestuur eener plaatselijke Boerenleenbank is het best bevoegd te oordeelen, of een der leden eene hoo- gere hypotheek dan de helft der geschatte waarde kan ontvangen, en als het de overtuiging heeft, dat de Boe renleenbank daardoor geen schade zal ondervinden, kan een lid geholpen worden, zonder dat het iets aan de Boerenleenbank kost.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1931 | | pagina 6