2456 ine,rnJeven aan hunne inleSgers 3% en behoefden tn 1930 voor gelden, bij de Centrale Boerenleenbank te Eindhoven opgenomen slechts 4% te betalen. De 28 Centrale Boerenleenbanken in Duitschland hadden einde 1930 aan de plaatselijke boerenleenban* ken en andere vereenigingen uitgeleend: in loopende rekening Mk. 498 609 000 in vaste leeningen Mk. 49.05L000 Totaal Mk. 547.660.000 De plaatselijke Boerenleenbanken die over meer geld beschikten, dan zij voor hare leden noodig hadden, had* den bij de gezamenlijke Centrale Banken belegd: in loopende rekening Mk. 127.939.000 met een opzeggingstermijn Mk. 118.687.000 Totaal Mk. 246.626.000 Hierbij komt nog het eigen bedrijfs* kapitaal (Geschaftsguthaben; Re* servefonds; Betriebsrücklagen) Mk. 102.543.000 Totaal eigen kapitaal en gelden van aangesloten banken Mk. 349.169.000 Om de bovengen, voorschotten van Mk. 547.660.000 te kunnen geven, moest dus vreemd kapitaal gevraagd worden. Bij de Preussische Zentral Genossenschaftskasse die zooais men weet, met een bedrijfskapitaal werkt, hoofd* zakelijk door de Regeering verstrekt, was een bedra« opgenomen van Mk. 188.335.000. Vertrouwen en Werken. Een zeer behartigenswaardig artikel voor deze som* bere tijden bracht het Weekblad van den Nbr. Chr. Boerenbond. Het is wel waard gelezen en herlezen te worden, waarom wij het hier in zijn geheel laten volgen:

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1931 | | pagina 4