2363
vorm van levensverzekering of pensioenregeling op de
wijze zooals hieronder nader is uitgewerkt. Het zou
immers niet aangaan, om de banken (die slechts een
minderheid zijn van al de bij de Centrale Bank aange*
sloten boerenleenbanken) bij meerderheidsbesluit van
de Algemeene Vergadering der Centrale Bank tot een
financieelen last te verplichten, die mogelijk zwaar op
haar zou drukken, terwijl zulk een besluit zou kunnen
genomen worden juist met de stemmen der niet rechts
streeks belanghebbende, wijl zelf niet onder de regeling
vallende, banken.
Bovendien zijn de gevallen bij iedere bank zóó vers
schillend, dat afzonderlijke vrije beoordeeling telkens
noodzakelijk is te achten, waarbij ook de financieele
positie van elke bank een groote rol speelt.
Indien echter een bank zou besluiten tot een regeling
dan zal zij dienen te geschieden op een der twee aanges
geven manieren.
De vraag kwam nog naar voren door welk orgaan in
de plaatselijke boerenleenbanken eventueel de besliss
sing te nemen is, of voor den Kassier al of niet een
regeling als hier bedoeld zal worden getroffen.
De Commissie was van oordeel, dat degene, die de
Kassiersbenoeming doet en het salaris vaststelt, ook
over deze regelingen moet beslissen, die immers in we*
zen voor zoover de bank er aan deelneemt als een soort
uitgesteld loon zijn te beschouwen. Zoo zal dus, waar
de Statuten 1927 zijn aangenomen, het Bestuur beslis*
sen onder goedkeuring van den Raad van Toezicht der
plaatselijke en het Bestuur der Centrale Bank, terwijl
waar de Algemeene Vergadering de benoeming doet
en het salaris vaststelt ook de Algemeene Vergade
ring onder goedkeuring van het Bestuur der Centrale
Bank de bevoegdheid heeft over deze zaak te beslissen.
Levensverzekering.
I. Voor het geval de voorkeur zou worden gegeven
aan het afsluiten eener levensverzekering, zou daarvoor
aan te bevelen zijn het afsluiten eener gewone gemengde