2331 ZuidtLimburg (3 banken): 1. Een voorschot van 8000.— werd niet toegestaan, omdat de man in verband met de slechte vooruitzichten in de eerste jaren niet in staat zou zijn, om af te lossen. 2. Een aanvraag van 4700.werd afgewezen we* gens gebrek aan soliditeit van den betrokkene. 3. Enkele voorschotten van 100.tot 1000. konden niet toegestaan worden wegens achteruitgang van het bedrijf tengevolge van de crisis. MiddemLimburg (2 banken): 1. Op een voorschotaanvrage werd niet ingegaan we* gens achteruitgang van het bedrijf van aanvrager. 2. Een voorschot van 250.werd geweigerd we* gens achteruitgang van het bedrijf. Noord-Limburg (2 banken): 1. Een kleinen landbouwer moest een voorschot ge* weigerd worden wegens de slechte uitkomsten van zijn bedrijf. 2. Een voorschot van 700.voor kunstmest kon niet gegeven worden, omdat de aanvrager reeds 2700 schuld bij de bank had. Door de hooge landpachten kan de man het niet meer bolwerken. Slachtoffer van watersnood 1926. Hieruit blijkt dus, dat de overgroote meerderheid der Limburgsche Boerenleenbanken steunmaatregelen var overheidswege niet noodig acht. Onze Boerenleenbanken een groote zegen. Er worden in Genève plannen besproken tot oprich* ting van een Internationaal Instituut voor Landbouw* crediet. Daarvoor werkt een commissie, waarvan voor* zitter is tevens afgevaardigde voor Nederland de heer Ter Meulen, iemand uit de wereld der grootban* ken, al zou men hebben mogen verwachten, dat daarin zou afgevaardigd zijn een persoon uit het landbouw*

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1931 | | pagina 23