2319 rvan de voorschotten is eene zekere grens gesteld, doch dit beteekent allerminst, dat aan eiken akkerbouw wer tot die grens crediet kan worden verleend. De voorschotten zullen beperkt moeten blijven tot het hoogst noodige, omdat het niet in het belang der akkers bouwers is, zich al te diep in schulden te steken; de voorschotten zullen voorts slechts tot instandhouding van het 'bedrijf mogen strekken. Ten einde te bereiken, dat het voorschot werkelijk nuttig zal zijn en voor de terugbetaling eenige zekers heid zal bestaan, zal het in sommige gevallen noodig kunnen zijn de voorwaarde te stellen, dat verandering wordt gebracht in de wijze, waarop tot nog toe het bedrijf werd gevoerd. Waar dit noodig en mogelijk schijnt, kan ook ges ëischt worden, dat het onroerend goed hypothecair wordt verbonden ten behoeve van de borgen. Het voortdurende toezicht op den voorschotnemer en op de wijze, waarop het geld wordt besteed, en later de zorg voor eene regelmatige rentebetaling en afloss sing, is in de eerste plaats aan Burgemeester en Wets houders opgedragen. Gedeputeerde Staten verwachten elk jaar een vols ledig overzicht van den stand der verleende voorschots ten, met vermelding tevens van alle omstandigheden, welke op de mogelijkheid van aflossing daarvan in elk bijzonder geval van invloed zijn. Evenals voor de tuindersvoorschotten is bepaald, kan de gelegenheid tot het aanvragen van akkerbouwvoors schotten slechts tot uiterlijk 1 Maart 1931 worden opens gesteld. Gedeputeerde Staten van Noordholland, A. RÖELL, Voorzitter MEINESZ, Griffier

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1931 | | pagina 11