2194 Artikel 15. Onder schade wordt verstaan, het geldelijk verlies, dat na uitwinning van den betrokkene zeiven en de door hem gestelde zekerheid, niet is gedelgd. De uitwinning van den betrokkene en van de gestelde zekerheid is aan het Bestuur van het Waarborgfonds opgedragen. Zonder toestemming van het Bestuur van het Waar* borgfonds is de betrokken plaatselijke Boerenleenbank niet gerechtigd, eenige schikking met den betrokkene of diens borgen te treffen, noch ook voor een faillisse* ments*accoord te stemmen, alles op straffe van intrek* king der uitkeering uit het Waarborgfonds. Artikel 16. Het bedrag en de regeling der tegemoetkoming als* mede eene eventueele voorloopige tegemoetkoming in de schade worden vastgesteld door het Bestuur der Coö* peratieve Centrale Boerenleenbank, behoudens beroep op den Raad van Toezicht binnen één maand, nadat de beslissing aan de betrokken plaatselijke Boerenleenbank is medegedeeld. De Raad van Toezicht doet binnen twee maanden, nadat het beroep is ingesteld, uitspraak in hoogste instantie. Artikel 17. Een lid van het Bestuur of den Raad van Toezicht der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank mag niet als zoodanig optreden bij het behandelen van een schade* geval als dit eene plaatselijke Boerenleenbank betreft, waarbij hij zelf direct of indirect is betrokken. In zijn plaats treedt dan op een lid der Commissie van Advies van de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank, door die Commissie uit haar midden aan te wijzen. Atrikel 18. Bij de vaststelling van het bedrag der vergoeding zal er rekening mede moeten worden gehouden, of, en zoo niet, in hoeverre de Statuten en het Huishoudelijk Re*

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1930 | | pagina 6