2201 Ecnige bepalingen in acht te nemen met be trekking tot de administratie van de effecten. (Ook bestemd voor de leden van Bestuur en Raad van Toezicht). In verband met het voorschrift, dat voortaan alle fondsen aan de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank in bewaring moeten worden gegeven, geven wij de na* volgende aanwijzingen. 1. Alle effecten, zoowel die het eigendom zijn der boerenleenbank, als die, welke de boerenleenbank van derden in onderpand of in bewaring heeft ontvangen, moeten worden geadministreerd in 'het fondsenboek (formulier Ei). 2. Als de plaatselijke boerenleenbank van derden ontvangen effecten doorzendt aan de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank, moet de kassier steeds op* geven: den naam van den eigenaar der fondsen en in geval de fondsen dienen als onderpand voor een voor* schot of crediet in loopende rekening, ook het folio* nummer van het Grootboek, waarop de betrokken re kening wordt geadministreerd. 3. Effecten kunnen alleen van de Coöperatieve Cen* trale Boerenleenbank worden teruggevraagd per schrij* ven, geteekend door den directeur en een bestuurslid der plaatselijke boerenleenbank. Ook in dat geval moet worden medegedeeld van wien de fondsen zijn. 4. Wanneer een plaatselijke boerenleenbank effec* ten in bewaring neemt, moet aan de bewaargevers een bewijs worden afgegeven, dat geteekend is door den directeur en een bestuurslid (art. 25 sub 3 der Statuten). (Zie formulier E2).

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1930 | | pagina 13