2146 geest van onbaatzuchtige naastenliefde het werk der Boerenleenbanken te blijven zien en te blijven voort* zetten, zooals de stichters zich dat hebben gedacht. Hoe menigmaal is het aan zijn bezadigd woord te danken geweest, dat verontruste gemoederen werden gekal* meerd, dat moeilijkheden tot oplossing werden gebracht, dat allerlei zwarigheden werden voorkomen. De Heer Verbeeten heeft zich door dat alles buitengewoon ver* dienstelijk gemaakt voor onze organisatie en zijn voor* treffelijke karaktereigenschappen, zijn evenwichtigheid, zijn onbaatzuchtigheid, zijn eerlijkheid en hulpvaardig* heid, zij mogen als een voorbeeld gesteld worden van den juisten geest, waarin het Raiffeisenwerk moet wor* den verricht, erfenis van die ons zijn voorgegaan. Zoo wensch ik dan ook den Heer Verbeeten alle geluk meLgijn jubileum, in de hoop, dat het ook hem moge ge* geven zijn, vele en vele jaren zijn krachten te blijven wijden aan den goeden gang van zaken bij onze Boeren* leenbanken, aan de verbreiding en verdieping van de Raiffeisenidee onder onze menschen. Den Heer Verbee* ten heil! (Applaus). En dan M. de V. moet ik nog een derden persoon her* denken. Ik doe het met eenige vreeze, want die persoon is iemand, die in deze vergadering groote macht kan uit* oefenen, omdat hij er den scepter voert en beschikt over verleening niet alleen maar ook over ontneming van het woord, niemand meer of minder dan den Voorzitter zelf. Maar in dit geval waag ik het toch, ook tegen zijn wil, dat weet ik, hier het woord te voeren. Want het feit dat Mr. Aquarius dezer dagen 25 jaren aan de Centrale Bank is verbonden mag niet ongemerkt voorbijgaan. (Applaus). Pater v. d. Elzen heeft wel eens gezegd, dat er eigen* lijk alleen voor personen, die ter liefde Gods zich aan een zaak gegeven hebben, redenen bestaan om ze na een zeker aantal jaren te befeesten. Welnu dan is er zeer zeker alle reden om het 25*jarig jubileum van Mr. Aquarius, die belangeloos zooveel ja* ren voor de Boerenleenbank op de bres heeft gestaan,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1930 | | pagina 6