2164
boerenarbeiders zijn, door hulp der Boerenleenbanken,
reeds zeer dikwijls kleine, maar zelfstandige boeren of
tuinders geworden en dat is een zeer mooi werk van
naastenliefde, dat door de Boerenleenbanken beoefend
wordt. Maar industriesarbeiders behooren niet bij onze
boerenleenbanken; deze dienen eigen organisaties te
hebben.
Ten slotte wordt nog eens gevraagd, of er niets te
doen is voor de groote gezinnen; hier zijn zoovele orga;
nisaties vertegenwoordigd, en van de organisaties moet
toch de actie uitgaan.
De heer V erheggen zegt hierop, dat de Nederlandsche
Boerenbond alle sympathie heeft voor de groote gezin;
nen, maar het is geen gemakkelijke taak, om met prac=
tische voorstellen te komen; hij verzoekt daarom de
heeren, die deze zaak ter sprake hebben gebracht hun
meening dienaangaande aan den Secretaris, Mr. H. van
Haastert, te doen kennen en dan zal het Bestuur over;
wegen wat het doen kan.
Niets meer aan de orde zijnde, sluit de Voorzitter,
Mr. Aquarius, onder dankbetuiging de vergadering, een
beroep doende op aller samenwerking, die vooral in deze
tijden zal noodig zijn, en Gods zegen afroepend over het
werk, dat nog verricht moet worden in de periode, die
vóór ons ligt.
KORT VERSLAG
van de Algemeene Vergadering der N. V. Boeren-
hypotheekbank, gehouden te Eindhoven den 16 Juni 1930.
Voorzitter de heer Mr. P. Truyen, President van den
Raad van Commissarissen.
De Voorzitter opent de vergadering met den christe;
lijken groet en zegt dan:
In aansluiting aan hetgeen op bl. 5 van het verslag
over het 21e boekjaar door het bestuur onzer instelling
wordt gezegd, begin ik met te constateeren dat wij over
de bereikte resultaten tevreden kunnen zijn.