2150 en meer dragelijk te maken, in navolging van onzen Mi* nister van Defensie Dr. Deckers, die reeds een daad stelde, waarvoor de boeren hem dankbaar zullen blijven en waarvoor ik hem gaarne hulde breng. (Applaus). M. de V. Het is gekend en geweten, dat wij in onzen Minister van Landbouw, tevens voorzitter van den Raad van Ministers, zulks terecht en op goede gronden, steeds het volste vertrouwen hebben gesteld en dat wij hem dat vertrouwen ook in de toekomst gaarne willen blij; ven schenken, indien ons dat mogelijk wordt gemaakt. Maar dan zal de Regeering ten aanzien van onzen land; en tuinbouw noodwendig van koers moeten veranderen, dan zal zij ten spoedigste met bewijzen moeten komen, die ons klaar en duidelijk het besef moeten bijbrengen, dat in Den Haag de noodige waakzaamheid wordt be; tracht en dat het lot van den Nederlandschen land; en tuinbouw in het centrum der belangstelling van de Re; geering staat. (Applaus). Zeker, men behoeft zich niet voor te stellen dat door ingrijpen van de overheid, en zeker niet door ingrijpen van alléén de overheid van een klein land als het onze, de wereldcrisis tot oplossing wordt gebracht, maar dat ontslaat de Regeering niet van haar plicht, en ik onder; streep dat niet van haar plicht om het zeer belang; rijke volksdeel dat de boeren; en tuindersstand is, voor ons land niet weerloos te laten staan, als een speelbal voor de vernietigende krachten van buiten. En toch zou; den onze landbouwers met slechts een kleine opoffering van het liberale „laat maar waaien" en uitziekensysteem, niet weinig geholpen kunnen worden. Het is niet mijne bedoeling M. de V. hier een pleidooi te gaan houden over Regeeringsmaatregelen ten bate van den landbouw. Ik heb het voorrecht gehad elders daarover het woord te mogen voeren, en ik heb toen, meen ik, voldoende duidelijk aangetoond, dat onze men; schen, die er prijs op stellen ook in andere tijden dan alleen als er revolutiedreiging of gevaar voor honger is, te worden gekend, dat die menschen recht erop hebben, dat de overheid de voorwaarden schept, waaronder een

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1930 | | pagina 10