2018 Kassier bij het heropenen der rekening in Grootboek II op den len Jan. 1930 de nog te vorderen rente in kolom 3, dus vóór het saldokapitaal. Wordt nu de rente in 1930 voldaan, dan moet zulks in Grootboek II aangetee* kend worden in kolom 12 der betreffende rekening, terwijl in kolom 18 (Aanmerkingen) moet worden ver* meld „rente 1929". Op uittreksel II komt het totaal der door den debiteur verschuldigde rente in kolom 6, de in het afgeloopen boekjaar betaalde rente in kolom 7 (onverschillig op welk jaar die rente betrekking heeft), en in kolom 8 moet vermeld worden dat rentebedrag, hetwelk de voorschotnemer op 31 Dec. nog betalen moest. Het tos taal van kolom 8 komt dus als nog te vorderen op de balans per 31 December. Bij de controle der tellingen van uittreksel II houde men er rekening mede, dat het totaal van kolom 6 ge* lijk moet zijn aan het saldo van kolom 7 plus dat van kolom 8. Achterstand aan rente mag natuurlijk niet worden toegelaten. Als een voorschotnemer er zoo krap voor* zit, dat hij de rente niet meer kan betalen, is oppassen de boodschap en zal om tot afdoening te komen, over* leg met de borgen gewenscht zijn. Blijft de rente onbe* taald, dan is dat een aanwijzing, dat het tijd wordt het voorschot te laten terugbetalen. IV. Met het oog op de Kascontrole in de eerste maanden van het jaar meenen wij ter voorlichting der beheerders goed te doen met nog de aandacht te vesti* gen op het volgende: Men moet twee mogelijkheden onderscheiden: a. Wanneer de Kassier het Kassaldo van 31 Decem* ber niet naar het nieuwe jaar heeft overgebracht, dan controleert men de Kas als volgt: vermeerder het totaal van kolom 5 van het dagboek (in het nieuwe jaar) met het kassaldo per 31 December van het oude jaar en trek van die som af het totaal van kolom 10 (in het nieuwe jaar); dan verkrijgt men het

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1929 | | pagina 6