2006 een groot algemeen belang het tot stand komen van nieuwe bedrijven krachtig te bevorderen en het ligt naar de meening der Commissie geheel op den weg van den Staat om in dezen steun te verleenen." Wij vertrouwen, dat Uwe Excellentie ons verzoek in ernstige overweging zal willen nemen en verblijven in* tusschen met de verzekering van onze bijzondere hoog* achting, Uwer Excellentie dienstwillige dienaren Het Bestuur van den Katholieken Nederlandschen Boeren* en Tuindersbond, Voor het Bestuur: J. TH. VERHEGGEN, Voorzitter. Mr. H. VAN HAASTERT, Secretaris. Op dit adres heeft, naar wij vernemn, de Minister een antwoord gezonden, waarin hij zegt, dat hij, over* tuigd van de noodzakelijkheid de cultiveering van onzen bodem zooveel mogelijk te bevorderen, in beginsel be* reid is voor verhooging van den daarvoor beschikbaar gestelden Rijkssteun zijne medewerking te verleenen. Zulks zou echter eerst bij de samenstelling van de be* grooting voor 1931 zijn te overwegen en een toezegging dienaangaande kan uit den aard der zaak thans niet worden gedaan. Intusschen heeft de Minister aan de Commissie van Advies inzake de ontginning van woeste gronden verzocht na te gaan of wellicht samen* werking van die commissie met de Centrale Boeren* leenbanken bevorderlijk kan zijn aan de ontginning van woeste gronden in dien zin, dat met de voor die ont* ginning beschikbaar gestelde bedragen een grooter re* sultaat wordt bereikt dan langs den tot nu toe gevolg* den weg.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1929 | | pagina 10