1902 produceeren, maar ook de welvaart van tienduizenden in den lande, die dank zij het werken der Boerenleen* banken vooruit zijn gekomen. Ik zal daar nu niet verder op ingaan, ook omdat de Voorzitter van het Bestuur mij verzocht heeft straks nog een woord te mogen spreken en ik vreezen zou, dat als ik verder zou uitweiden ik te veel van de aandacht van deze vergadering zou in beslag nemen. Ik wilde echter voordat wij tot de behandeling dei- agenda overgaan en tot de gebruikelijke afdoening van zaken dit korte woord van herdenking niet achterwege laten en ik wil daaraan toevoegen, een woord van op* rechte waardeering aan de beheerders onzer plaatselijke banken, aan het voortreffelijk bestuur der Centrale Boerenleenbank en aan al degenen, die hun krachten ter bevordering van den bloei onzer organisatie in het verleden hebben gegeven. Vanzelfsprekend denk ik dan ook met een gevoel van grooten weemoed aan het Be* stuurslid, dat ons op het einde van het vorige jaar door den dood is ontvallen. Ik heb als President van den Raad van Toezicht van onze Centrale Bank aan de groeve van den Heer Pijls te Schinnen de gevoelens, die onze organisatie te zijnen opzichte bezielde, reeds ver* tolkt. Vanaf het begin der oprichting onzer Centrale is de Heer Pijls onafgebroken aan de leiding daarvan verbonden geweest. Voor hem zou de dag van 5 De* cember 1928 tevens een bijzonder herdenkingsfeest zijn geweest van persoonlijken aard, omdat hij naast den Heer van der Marck de eenige persoon was, die vanaf het begin zijn beste krachten aan den groei en bloei onzer Instelling heeft gewijd. Het heeft echter niet zoo mogen zijn. „De Heer van leven en dood zoo schre* ven onze Mededeelingen heeft anders beschikt en wij hebben deemoedig het hoofd te buigen voor den Al* machtige, overtuigd, dat een beter dan aardsch loon dengene wacht, die hier op aarde het groote gebod dei- naastenliefde heeft nagekomen door zijn werkkrachten te stellen in den dienst van den naaste, vooral van den minder bedeelde". Om de groote verdiensten van den Heer Pijls naar

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1929 | | pagina 2