1878 speciale organisatie voor crediet op langen termijn, zich daarmede ook kunnen bezighouden. Zoo niet, dat zij dan verstandiger doen zich er niet mede in te laten. In het bovenstaande (zie ook de „Mededeelingen" van October 1928) zijn in het kort de resultaten weer# gegeven, waartoe de besprekingen te Rome hebben ge# leid. Als wij deze conclusies een oogenblik bekijken, blijkt het, dat overal deze grensgevallen tusschen grond# en bedrijfscrediet tot moeilijkheden aanleiding geven. Wij ondervinden dat ook in ons eigen land, bij onze eigen boerenleenbanken. Wij zouden kunnen zeggen, dagelijks. Credieten voor verbeteringen der bedrijven, waaronder wij dan zouden willen verstaan niet alleen verbouwing van boerderijen, maar vooral grondverbeteringen, die vermeerdering en verbetering der productie beoogen, dus ook uitgaven voor ontginning, zulke credieten staan tusschen de echte grondcredieten en de zuivere bedrijfscredieten in. Omdat echter noodzakelijkerwijze hun looptijd vrij lang moet zijn, staan zij dichter bij het grondcrediet dan bij het bedrijfscrediet. Hun nuttigheid ligt ook over een langeren termijn verdeeld, komt als het ware niet zoo onmiddellijk tot zijn waarde en tot uit# drukking, als het geval is met een crediet, dat de boer b.v. heeft gehad om zaai# en pootgoed te koopen, cn waarvan hij de goede resultaten onmiddellijk trekt bij het te gelde maken van zijn oogst. De amelioratiecredie# ten zijn echter van langeren adem, en zoo is het vanzelf te verklaren, dat de verschillende deskundigen der Com# missie, vanzelf er toe moesten komen, om voor de finan# ciering van die niet kortloopende credieten de noodzake# lijkheid aan te wijzen voor de verschaffing van middelen ook op langeren termijn. Ofschoon de behoefte aan amelioratiecredieten op groote schaal zich vooral doet gevoelen in landen, waar nog veel groote bedrijven voorkomen en minder inten# sieve cultuur bestaat en daarop de conclusies der Com# missie ook wel voor een belangrijk gedeelte slaan, be#

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1929 | | pagina 18