1821 nog niet zijn uitgegeven, en na te zien, of de controle* nummers op de boekjes dezelfde zijn, als die, welke in de lijst voorkomen. Kloppen dit aantal en de betrokken nummers, dan weet het Bestuur dat alle volgens formulier 35 nieU uitgegeven boekjes in het archief der Boerenleenbank berusten. In den loop van het jaar kunnen ook boekjes zijn in* getrokken, omdat de geheele rekening werd afgesloten, of kunnen boekjes, welke vol waren, door andere ver* vangen zijn. Ook deze ingetrokken of door andere vervangen boekjes moeten aanwezig zijn en door het Bestuur worden gecontroleerd. Zouden er één of meerdere boekjes ontbreken, dan mag het Bestuur niet rusten, vooraleer deze boekjes terecht zijn, want dan zou de mogelijkheid bestaan, dat iemand gelden in de Boerenleenbank heeft ingelegd welke in de boeken niet verantwoord zijn. Hierna wordt aan de hand der Grootboeken een lijst gemaakt van de uitgegeven boekjes, en klopt die lijst met de opgaven van formulier 35, dan weet het Bestuur, dat alle in formulier 35 als „uitgegeven" vermelde boek* jes ook inderdaad uitgegeven zijn. II. Het opvragen der boekjes. Wil men nagaan, of de posten en de saldo's in de ver* schillende boekjes gelijk zijn aan die, welke in de Groot* boeken der Boerenleenbanken voorkomen, dan moeten de uitgegeven boekjes aanwezig zijn wat de voorkeur verdient of moet men minstens een saldo*biljet heb* ben, waarop de rekeninghouder aangeeft, welk bedrag hij te goed heeft of nog te betalen heeft, naar gelang het spaarboekjes, voorschotboekjes of boekjes in loopende rekening geldt. Allereerst moeten dus de boekjes opgevraagd worden. Deze opvraging kan op verschillende wijzen geschie* den: of door middel van aanplakking op een bord, waar* op gewoonlijk de mededeelingen der Boerenleenbank

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1928 | | pagina 9