was enkel heil te verwachten van de samenwerking van
allen, die belang hadden bij de regeling van een goed
credietwezen, en deze samenwerking is gekomen en is
in de lange jarenreeks gebleven. Spreker memoreerde
eenige namen, die aan de oprichting zijn verbonden, om
dan woorden van hulde te spreken aan het huidig Be*
stuur, en vooral aan diens Voorzitter, die zooveel voor
het Landbouwcrediet gedaan had, zooals hij zelf van
nabij had mede gemaakt. Gaarne zou de Minister dan
ook, namens de Regeering, de Centrale Boerenleenbank
in haren Voorzitter van het Bestuur gehuldigd hebben,
maar diens verdiensten waren door de Koningin reeds
eerder door een hocge ridderorde erkend; daarom had
de Regeering besloten den ondervoorzitter, den heer
J. Kamerbeek, die reeds meer dan twintig jaren aan het
Bestuur had deelgenomen, aan de Koningin voor eene
ridderorde voor te dragen, en het was den Minister
een genoegen te kunnen mededeelen, dat Hare Majesteit
den heer Kamerbeek benoemd had tot Ridder in de
Orde van Oranje Nassau.
Door de geheele Vergadering werd deze mededeeling
met groot applaus begroet, en namens alle aanwezigen
wenschte de Voorzitter den heer Kamerbeek geluk met
deze welverdiende onderscheiding.
Nadat de heer Kamerbeek een hartelijk woord van
dank gesproken had, bracht de Voorzitter hulde aan den
Minister, die bewezen had zijne volle zorg aan den Land*
bouw en zijne velerlei belangen te wijden, en wiens
bezoek en waardeerende woorden alhier wederom een
blijk geven van een medeleven met wat in het belang
van den land= en tuinbouw gebeurt.
In den namiddag nam Z. Exc. de Minister deel aan
den gemeenschappelijken maaltijd, waar de Voorzitter
van den Raad van Toezicht, Mr. Aquarius, den Minister
nogmaals dank bracht, en waar verder nog door ver«
schillenden de beste wenschen voor den bloei der orga*
nisatie werden uitgesproken.
1816