1822
geschieden; of door mededeeling op het Kerkplein of
elders naar plaatselijk gebruik na de Hoogmis,
of door het plaatsen eener advertentie in de nieuws*
bladen, die ter plaatse gelezen worden.
Blijven er nog boekjes achterwege, dan is het 't meest
wenschelijke, dat de bestuursleden de boekjeshouders,
bijv. ieder in hun buurt, bezoeken, om de boekjes voor
de controle zelf op te halen.
Zouden dan nog niet alle boekjes aanwezig zijn, dan
moeten er saldo=biljetten worden gevraagd, zooals hier*
onder verder zal gezegd worden.
III.
Het vergelijken der boekjes met het dagboek
en het Grootboek.
Als nu de eigenlijke controle plaats heeft, begint men
met na te gaan, of alle boekjes aanwezig zijn.
Dit kan gemakkelijk gebeuren, als men de verschil*
lende boekjes spaarboekjes, voorschotboekjes enz.
volgens het contröle*nummer op elkaar legt, en deze
vergelijkt met de lijst van de in*omloop*zijnde boekjes
volgens formulier 35.
Deze vergelijking en eveneens het nagaan, of de cij*
fers overeenstemmen, moet gebeuren door de leden
van het Bestuur en de leden van den Raad van Toezicht,
zoo deze aanwezig zijn.
De Kassier moet wel de controle bijwonen, om, zoo
noodig inlichtignen te geven, maar hij dient aan de
controle zelf geen deel te nemen.
Want het is eene controle, die aan het Bestuur is op
gelegd, en waarvoor het Bestuur verantwoordelijk is.
De Kassiers mogen hierin niet 't minste bewijs van
wantrouwen zien, maar slechts een daad van bestuurs*
beleid, omdat het Bestuur toezicht moet oefenen op de
handelingen van den kassier.
De trouwe kassiers verlangen niets beters dan een goede en
sterke controle. En de ontrouwe kassiers, die moedwillig fraude
willen plegen, weten dat zij door zulke controle ontmaskerd worden.
Het is reeds éénmaal voorgekomen, dat bij de jaarlijksche controle
de kassier de boekjes controleerde, en als een bestuurslid uit het
Grootboek het saldo voorlas, dit accoord verklaarde met het saldo
van het boekje, hoewel er verschil was. Eerst later is dit bedrog
ontdekt, en de kassier ontzet uit zijn ambt.