1801
heer Canisius, locosburgermeester, die ongeveer als volgt
sprak:
Een maand geleden, toen met zooveel luister het feest
van den burgemeester gevierd werd, had niemand kun*
nen verwachten, dat zoo spoedig onze vreugde in rouw
zou verkeeren.
De beminde en geachte overledene laat ons een schit*
terend voorbeeld na van onvermoeid werken en zwoe>
gen en trouwe plichtsbetrachting.
Zijn buitengewone talenten en gaven heeft hij steeds
ten volle in dienst van de belangen onzer gemeente
en de gemeenschap gesteld.
Tot op zijn laatste oogenblikken heeft hij nog voor de
belangen en het welzijn van het hem zoo dierbare Schim
nen gezorgd.
Onze gemeente lijdt door zijn heengaan een zwaar
verlies, dat moeilijk zal zijn aan te vullen; zijn familie
verliest in hem een zorgvollen echtgenoot en vader.
Zijn aandenken zal ons steeds in dankbare en eerbie*
dige herinnering blijven.
Moge hij hierboven reeds het loon genieten voor alles
wat hij hier heeft gedaan en tot stand gebracht.
Daarna sprak de heer Kisters, hoofd der openbare
school te Puth, ook namens zijne collega's, een woord
van dank voor de groote belangstelling, die de over*
ledene steeds getoond heeft voor het onderwijs en
voor de kinderen, wat nog zoo duidelijk bleek bij de
kinderhulde, die hem bij zijn feest gebracht werd. Al is
onze smart groot bij het heengaan van onzen burge*
meester, die zoo voorbeeldig geleefd en zooveel ver*
dienstelijk werk heeft verricht, wij zullen hem aldus
spreker in onze gebeden blijven herdenken.
De heer Th. Verheggen, Voorzitter van den Limburg*
schen Landbouwbond, wijst op de groote verdiensten
voor den Limburgschen Landbouwbond. Bij de oprich*
ting van den Limburgschen Boerenbond in 1896 was hij
een der bestuursleden en dat is hij gebleven 32 jaren
lang. Alles wat de Landbouwbond heeft tot stand ge*
bracht, is voor een deel het werk van Burgemeester
Pijls, die met woord en daad krachtig medewerkte en