1766 degenen, die door*en*door met plaatselijke toestanden bekend zijn, kunnen beoordeelen of iemand voldoende werkkracht, energie, kunde en gegoedheid bezit, om hem het voorschot toe te verrtouwen dat door hem gevraagd wordt, en of de borg voldoende gegoed is, om als borg op te treden. Ook de beoordeeling van het onderpand als er hypotheek verleend wordt, kan het best gebeuren door personen, die met plaatsleijke toestanden vers trouwd zijn. Een zaak van groot gewicht is ook, dat nagegaan wordt, of minstens ééns per jaar gecontroleerd wordt, of de verschillende spaar*, voorschot* en rekening*cou* rant*boekjes met de boeken der Bank overeenstemmen. En als dan de Raad van Toezicht telken jare kennis neemt van het Inspectie*rapport, dat door het Bestuur der Centrale Boerenleenbank aan de Beheerders der plaatselijke Boerenleenbank wordt toegezonden, en on* derzoekt of er werk van gemaakt wordt om de even* tueele bemerkingen op te volgen, dan kan men zeggen, dat de Raad van Toezicht den plicht gedaan heeft, dien hem door dit artikel wordt opgelegd. De Raad van Toezicht heeft de volgende ver* plichtingen: 8°. bij gebleken onregelmatigheden, en zoo dik wijls de belangen der Boerenleenbank naar zijn oordeel in gevaar komen, tusschenbeide te treden, en zoo noodig eene Algemeene Vergadering op te roepen. Dit artikel geeft aan den Raad van Toezicht de macht, om in buitengewone gevallen, waarvan er hier één ge* noemd wordt, n.1. bij gebleken onregelmatigheden, tus* schenbeide te treden. Het kan voorkomen, dat de Kassier zijn plicht ver* waarloost of onregelmatigheden pleegt, en dan is het Bestuur op de eerste plaats verplicht de noodige maat* regelen te nemen; maar zou het Bestuur zijn plicht in deze verwaarloozen, dan is het de Raad van Toezicht die tusschenbeide moet treden. Zou het Bestuur zijn plicht verwaarloozen of onregel*

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1928 | | pagina 2