1698 juist zijn vitaliteit aan de samenwerking van velen, die in de volle practijk staan en daadwerkelijk zich er aan geven. Zeker, wij staan niet afwijzend tegenover de sympathieën die ons van buiten af worden betoond of tegenover den steun, welke ons van die zijde eventueel zou worden verstrekt, integendeel wij apprecieeren beide in hooge mate en zijn er buitengewoon gevoelig voor. Doch wat ik wil zeggen is dit, wij moeten onze kracht zoeken in ons zelf. Wij moeten ons zelf steeds sterker maken door een krachtig nastreven en doorvoer ren van de groote principieele beginselen, die aan het landbouwcrediet eigen zijn en U van af deze plaats steeds worden voorgehouden. Wij moeten noch naar links noch naar rechts kijken en ons niet laten afleiden van den juisten weg ook al zou dit voor een oogenblik onze taak gemakkelijker en aangenamer maken; ook al zouden wij daardoor menig zieltje voor onze organisatie kunnen winnen. Onze leuze moet zijn: Eén voor allen en allen voor één. Maar dan streng binnen het raam van onze statuten, van het huishoudelijk reglement en van de beslissingen, welke door de Algemeene Vergadering, door het Bestuur en door den Raad van Toezicht worden genomen. In dit verband moet ik nog even terug komen op wat ik verleden jaar heb gezegd over de houding der Neder; landsche Bank. Ik heb toen in deze vergadering een harde noot moeten kraken, naar aanleiding van de hou; ding die de Nederlandsche Bank tegenover het land; bouwcrediet had aangenomen en het schijnt, dat deze woorden ook zijn doorgedrongen te bevoegder plaatse en daar wellicht mede er toe hebben bijgedragen om het gezond verstand boven theorie en allerlei andere tegen; werkende factoren te doen zegevieren. De Nederland; sche Bank heeft haar afwijzende houding laten varen, waarvoor haar zeker een woord van dank en hulde toe; komt en welken dank en welke hulde haar dan ook van; af deze plaats in volle waardeering der feiten en in alle oprechtheid met graagte wordt gebracht. Zeker, voor onze Centrale is deze kwestie gelukkig slechts van academisch belang. Wij hebben ons steeds

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1928 | | pagina 6