1654
dom van de landerijen werd gesteld en door periodieke
verdeeling aan de dorpsgenooten rationeele bebouwing
zocht mogelijk te maken.
Van ongenoegzame vastheid was daarbij de verhou*
ding tot den bodem en de intensieve bebouwing, die een
geven van alle krachten aan de bodemcultuur vordert,
kwam daardoor in het gedrang. De merkwaardige zucht
naar versterking van het individueele eigendomsrecht,
dat vijandig staat tegenover eiken vorm van gemeen*
schapsbezit, openbaarde zich ook meer. Wat in Zwitser*
land werd aanschouwd, waar de oppositie tegen de in*
standhouding der alpweiden, de gemeenschappelijke
bergweiden, in kracht won, wat in Indië tot verzet tegen
het dessa*grondbezit leidde, wat bij ons op de verdee*
ling der marken door de Markewet 1886 deed aansturen
openbaarde zich ook in Rusland.
In de belangwekkende agrarische hervormingen, die
Stolypin in 19051906 doorvoerde werd aan den gewei*
digen drang tot versterking van het individueele recht
gehoor gegeven en de macht der Mir aanmerkelijk ver*
zwakt.
Een tiental jaren had de Stolypinsche hervorming
ingewerkt, toen de bolsjewistische revolutie met een
geweldigen slag de vreedzame agrarische ontwikkeling
afbrak. Alle dingen moesten nieuw worden, ook het
agrarisch recht diende van alle kapitalistische smetten
te worden bevrijd.
Hoog werd geblazen van den bolsjewistischen toren
„Het eigendom der grondbezitters op den bodem wordt
terstond en zonder eenige vergoeding opgeheven." „Alle
particulier eigendom van land, bodem, water en bos
schen wordt voor eeuwig opgeheven" zoo luidden de
roode ukasen, die 26 October 1917 en 6 Februari 1918
het Russische volk het nieuwe geluk brachten.
Alle grond ging over in vruchtgebruik van het arbei
dende volk en een aantal staatscommissies werden in
gesteld, die met de nadere uitwerking en regeling van
dit gebruiksrecht zich hadden te belasten.
Zeer stellig stond van den beginne af den nieuwen
revolutionnairen machthebbers als ideaal voor oogen