1632
Met genoegen kunnen wij ook constateeren, dat de
Reserven der Boerenleenbanken gestadig toenemen.
Op 31 October 1924 bedroegen de gezamenlijke reser*
ves 3.213.000.
Op 31 December 1925 was dit bedrag gestegen tot
3.855.000
In 1926 was er eene winst gemaakt van
574.000. Als wij aannemen dat 3I, bij de Re*
serve gestort wordt (minder kan niet) dan
stijgt deze met 427.000
We mogen aannemen dat in 1927 eenzelfde
winst gemaakt is, waardoor aan de reserves
eveneens kan worden toegevoegd 427.000
Zoodat de gezamenlijke reserves der plaat*
selijke Boerenleenbanken op 31 December
1928 zullen bedragen 4.709.000
Hieruit ziet men dat de organisatie der Boerenleen*
banken steeds sterker wordt, zoodat wij met opgewekt*
heid en vertrouwen de toekomst mogen tegemoet zien,
wanneer wij allen slechts in het oog houden, dat de
christelijke liefde het cement moet blijven, dat de Boe*
renleenbanken hecht samenhoudt en dat wij den zegen
verwachten van den Vader in den Hemel, want als de
Heer het huis niet bouwt, werken de bouwmeesters
tevergeefs.
Hoe een boer lid van de Boerenleenbank werd.
In een der gemeenten, waarin eene Boerenleenbank
gevestigd is, aangesloten bij de Centrale van Eindhoven,
woonde een boer, eigenaar van eene boerderij van tus*
schen de 40 en 50 H.A.
De man had op zijn goed eene eerste hypotheek ge*
kregen van een Pensioenfonds, tegen eene rente van
51U%. Later ontving hij nog een bedrag van een particu*
lier op tweede hypotheek, tegen 6%.
Eenige maanden geleden zegde de particulier een ge*
deelte van de hypotheekschuld op, ten bedrage van