mogen blijven staan. Wij moeten vooruit, de Centrale
voorloopig tot een reserve van 10, de gezamenlijke reser*
ves voorloopig tot 25 millioen. Ik noem deze cijfers niet
als bindend, maar alleen ter bepaling van de gedachte,
die het Bestuur van de Centrale bezielt, en die, naar ik
hoop, door U allen gedeeld wordt of spoedig gedeeld
zal worden met het vertrouwen, dat wij in de eenheid
der gedachte de kracht en de sterkte zullen vinden, om
het grootsche werk, dat op ons aller schouders is gelegd,
tot heil en voorspoed van onzer boeren met succes te
kunnen verrichten.
In dit verband meen ik goed te doen, met een enkel
woord nog eens te wijzen op het groote belang, dat er
in gelegen is, dat de beheerders onzer boerenleenbanken
toch vooral zorgen, dat zij bij hun beheer de regels
eener gezonde liquiditeitspolitiek in acht nemen. Ik
vrees een beetje vervelend en wat eentonig te worden,
wanneer ik de liquiditeit voor den zooveelsten keer in
deze vergadering ter sprake breng, doch het belang van
een gezonde liquiditeitspolitiek is voor onze organisatie
van dien aard, dat ik er niet genoeg op kan aandringen.
Ik kan wel tot mijn genoegen zeggen, dat het besef,
dat op dit punt nog het een en ander bij de plaatselijke
boerenleenbanken te doen was, meer en meer is door*
gedrongen, en dat, wat meer is, ook daarnaar wordt ge
handeld. Toch blijf ik dit punt in de blijvende belang*
stelling onzer beheerders aanbevelen. Onze Boerenleen*
banken moeten zich steeds ervan bewust blijven, dat zij
ieder voor zich er voor te zorgen hebben, dat zij in staat
zijn, de hun toevertrouwde spaargelden terug te betalen.
Daarom mogen uitleeningen op langen termijn als regel
ook niet worden gedaan. Wie daaraan behoefte hebben,
blijve men verwijzen naar de BoeremHypotheekbank.
De plaatselijke Boerenleenbanken moeten de instituten
blijven voor echt kortloopende boerenbedrijfscredieten.
Vervolgens dienen onze plaatselijke banken te zorgen
voor het verkrijgen voor zooveel mogelijk deposito s
op langeren termijn met zes maanden of een jaar opzeg*
ging, zoo mogelijk nog op langeren termijn, zooals wij
b.v. banken hebben, die deposito's met drie jaren op*
1514
