1487 De benoeming vindt overeenkomstig die bepaling plaats door de Algemeene Vergadering der plaatselijke Boerenleenbank uit de leden der Bank, en wel voor vier jaren, zoodat na vier jaren automatisch al of niet her* benoeming moet plaats vinden. Sedert de Algemeene Vergadering der Coöp. Centrale Boerenleenbank van 16 Juni 1919 is de mogelijkheid geopend de statuten dei- plaatselijke Banken zoodanig te wijzigen, dat de Kassier voor vast wordt benoemd, zoodat dan de aftreding om de vier jaren vervalt. In elk geval blijft de Algemeene Vergadering bevoegd, om den Kassier ten allen tijde met drie maanden op* zegging uit zijn betrekking te ontslaan. De Kassier van zijn kant heeft de bevoegdheid, om ten allen tijde drie maanden na opzegging te hebben gedaan, zijn functie neer te leggen. Bij niet behoorlijke vervulling zijner taak heeft de Raad van Toezicht de bevoegdheid om den Kassier te schorsen. Aldus luidt de huidige regeling. In de latere jaren is herhaaldelijk van de zijde van plaatselijke Boerenleenbanken de wensch naar voren gebracht, dat het mogelijk zou worden gemaakt vooral ten aanzien der benoeming resp. herbenoeming der Kas* siers een andere regeling te treffen. Zoolang de plaat* selijke banken slechts klein van omvang waren en de werkzaamheden aan het kassierschap verbonden, nog gering, was de vergoeding voor het ambt dienovereen* komstig van minder beteekenis. Maar het vermeerderen A. Benoeming. B. Ontslag. C. Schorsing. Bezwaren tegen de bestaande regeling.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1927 | | pagina 3