ring van den Raad van Toezicht der plaatselijke en van
het Bestuur der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank.
Indien de Kassier den zeventig jarigen leeftijd heeft
bereikt, kan hij niet meer voor herbenoeming in aam
merking komen.
Keurt de Raad van Toezicht de herbenoeming niet
goed, dan heeft het Bestuur het recht, binnen één maand
na de afwijzende heschikking van den Raad van Toe;
zicht in beroep te gaan bij het Bestuur der Coöperatieve
Centrale Boerenleenbank, hetwelk de bevoegdheid heeft,
na beide colleges gehoord te hebben, bindend uitspraak
te doen. Wordt hierbij goedkeuring verleend aan het be;
sluit van het Bestuur, dan is de Kassier ook zonder goed*
keuring van den Raad van Toezicht herbenoemd. Wordt
daarentegen de Raad van Toezicht in het gelijk gesteld,
dan zal het Bestuur der plaatselijke Bank een nieuwen
Kassier moeten benoemen.
Het Bestuur dient ervoor te zorgen, dat de kwestie
der herbenoeming minstens drie maanden voor het ver;
strijken van den diensttijd aan de orde wordt gesteld.
Lid 3. De Kassier kan te allen tijde door het Bestuur
met drie maanden opzegging uit zijn betrekking worden
ontslagen, onverminderd de bevoegdheid tot onmiddei;
lijke beëindiging der dienstbetrekking overeenkomstig
de bepalingen der wet.
Voor de tenuitvoerlegging van dit besluit is de goed;
keuring vereischt van den Raad van Toezicht der plaat;
selijke en van het Bestuur der Coöperatieve Centrale
Boerenleenbank.
Keurt de Raad van Toezicht het door het Bestuur ge;
geven ontslag niet goed, dan heeft dit laatste college
het recht, binnen één maand na de afwijzende beschik;
king van den Raad van Toezicht in beroep te gaan bij
het Bestuur der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank,
hetwelk de bevoegdheid heeft, na beide Colleges ge;
hoord te hebben, bindend uitspraak te doen. Wordt
hierbij goedkeuring verleend aan het besluit van het
Bestuur, dan is de Kassier, ook zonder goedkeuring van
den Raad van Toezicht ontslagen. Wordt daarentegen
1500