1496
het Bestuur, behoeft dus als regel goedkeuring van den
Raad van Toezicht der plaatselijke Bank alsmede van
het Bestuur der Centrale.
Keurt de Raad van Toezicht het door het Bestuur ge
geven ontslag niet goed, dan heeft dit laatstgenoemde
College evenals onder gelijke omstandigheid in het ge
val van benoeming en herbenoeming beroep op het
Bestuur der Centrale Bank, zoodat dit, na beide colleges
te hebben gehoord, de bindende beslissing te nemen
heeft. Keurt alsdan het Bestuur der Centrale Bank het
besluit van het Bestuur goed, dan is de Kassier ont
slagen. Gaat het daarentegen met de zienswijze van den
Raad van Toezicht mede, dan blijft de Kassier gehand
haafd.
Overigens blijft de termijn van drie maanden opzeg
ging voor normale gevallen bestaan, zoowel voor opzeg
ging door de Bank aan den Kassier, als omgekeerd.
Indien voor het ontslag een dringende reden aanwezig
is, gelden de gewone wettelijke bepalingen ten aanzien
van het arbeidscontract.
Wanneer na schorsing ontslag moet volgen, zal dit
onmiddellijk moeten kunnen ingaan.
De Commissie besprak vervolgens de vraag: of het niet
gewenscht zou zijn een leeftijdsgrens te stellen voor
den Kassier en kwam daarbij tot de slotsom, dat het
aanbeveling verdient te bepalen, dat benoeming en her
benoeming niet meer moet kunnen geschieden na het be
reiken van den zeventigjarigen leeftijd.
Wat betreft den duur, waarvoor de benoeming dient
plaats te vinden, was het algemeen gevoelen, dat de
tegenwoordige regeling der benoeming voor vier jaren
moet gehandhaafd blijven. In verband met de geheel ge
wijzigde regeling dient echter de benoeming voor vast
te vervallen. De rechten der thans voor vast aangestelde
Kassiers blijven echter onaangetast.
Leeftijdsgrens.
Duur der benoeming als Kassier.