MAANDELIJKSCHE
MEDEDEELINGEN
No. 127.
JANUARI 1927.
VAN DE COÖPERATIEVE CENTRALE
BOERENLEENBANK TE EINDHOVEN
Kan het gewone bankwezen de Boerenleen
banken vervangen?
Herhaaldelijk hebben wij aangetoond, dat het gewone
bankwezen, zoowel de grootbanken als andere het
landbouwcrediet niet kan verzorgen, wijl de credieten
in den landbouw over het algemeen te gering zijn, en de
voordeelen, eraan verbonden, te klein, om deze een be*
geerlijk object te maken voor het gewone bankwezen.
Daarom zijn de Boerenleenbanken noodzakelijk, om
het landbouwcrediet te verzorgen.
De meening, dat kleine credieten door het gewone
bankwezen niet of niet goed kunnen verzorgd worden,
vinden wij geheel gedeeld door Prof. Mr. Dr. G. M. Ven
ryn Stuart, Voorzitter van de Vereeniging voor Sta*
tistiek.
Naar aanleiding van de garantie van 10.000.000, door
den Staat der Nederlanden gegeven ten behoeve van de
Algemeene Centrale Bankvereeniging voor den Midden
stand, schreef Prof. Verrijn Stuart een artikel in de
Economisch'Statistische Berichten, om te betoogen, dat
instellingen van Middenstandscrediet redenen van be*
staan hadden.
Hij stelt de vraag: „of het middenstandsbankwezen
hier te lande een eigen terrein van werkzaamheden heeft
van genoegzamen omvang?
En de Professor antwoordt:
