1344 gebracht. En door het beschikken over geld, als dit noodig was, hebben ook grootere bedrijven goede zaken kunnen maken. De verbeterde toestand van landbouwers en tuin* ders sinds het einde der vorige eeuw, is aan vele fac* toren te danken; aan de Boerenbonden, die de christe* lijke saamhoorigheid bevorderden en hoogere ontwik* keling brachten; die landbouwonderwijs verspreidden en de meest verscheiden coöperaties op uitgebreide schaal mofelijk maakten. En onder die verschillende coöperaties nemen zeker de crediet*coöperaties in den vorm van Boerenleenbanken en Boerenhypotheekbank een zeer voorname plaats in. Het aantal kleine en kleinere bedrijven is in den loop der jaren toegenomen, zooals de statistiek aanwijst. 1888 164.878 74.589 34.088 30.004 1898 169.659 80.279 34.402 29.335 1904 182.566 92.693 34.798 29.797 1910 209.156 109.605 41.439 30.821 1921 221.649 112.607 48.945 34.509 De toename der kleinere bedrijven van 15 Hectaren doet zich voornamelijk voor in de Provincies Noord* en Zuid*Holland en in Friesland, voor het overgroote deel ten gevolge van de uitbreiding van het aantal tuin* ders, die op een geringe oppervlakte gronds een goed bestaan kunnen vinden. Daarentegen valt er eene groote afname van het aan* tal bedrijven van 15 Hectaren in Limburg en Noord* Brabant waar te nemen, en eene toename van het aan* tal grootere bedrijven, wat wij als een vooruitgang meenen te mogen beschouwen, wijl in deze provincies landbouw hoofdzaak is, en bedrijven van minder dan 5 H.A. niet voldoende loonend zijn voor een gezin. Een bijzonder gunstig verschijnsel is, dat de opper* Jaar. Totaal aantal bedrijven. BEDRIJVEN VAN 1—5 H.A. 5—10 H.A. 10-20 H.A.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1926 | | pagina 8