1185
commissies, die den gezamenlijken aan; en verkoop, het
verzekeringswezen en het landbouwcrediet zouden
voorbereiden.
Als commissie voor het landbouwcrediet werden aam
gewezen de heeren: Mr. J. Tasset, Roermond, voorzit»
ter; Klinkenberg, rustend»pastoor, Schinnen; J. Claes»
sen, Sittard; Jos. Hendrickx, Swalmen en Th. van der
Marck, kapelaan Heel, secretaris.
Voor zoover ons bekend, is de eerste propaganda
voor de oprichting van Boerenbonden en van Boeren»
leenbanken uitgegaan van een Limburger en wel van
den heer J. Claessen, hoofd eener school te Sittard,
die onder den schuilnaam van „Frans van Dam" door
eene verhandeling over deze landbouwvereenigingen op
het Landhuishoudkundig Congres te Assen in 1888 voor
goed de aandacht op de hooge beteekenis dezer ver»
eenigingen vestigde. Maar verder dan tot artikelen in
de Pers kwam het niet. Maar zoodra de Commissie tot
Voorbereiding benoemd was en de statuten voor de
plaatselijke Boerenleenbanken waren vastgesteld, kon
de practische propaganda beginnen.
Met eenige leden van de bovengenoemde Commissie
was het vooral de toenmalige kapelaan van Swalmen,
de huidige Pastoor M. Souren (Maastricht), die de dor»
pen optrokken, om in vergaderingen de oprichting van
Boerenleenbanken te bepleiten.
De uitnoodiging tot deze vergaderingen ging bijna
altijd uit van het Bestuur van den plaatselijken Boeren»
bond en van den Geestelijken Adviseur, die voor een
lokaal en voor publiciteit zorgden.
In dezen interessanten begintijd hebben wij tal van
keeren de kracht van de christelijke liefde en de onder»
linge offervaardigheid en onbaatzuchtigheid onzer Lim»
burgsche Boerenbevolking kunnen bewonderen. Want
de propagandisten konden zeer gemakkelijk het nut van
deze banken aantoonen, maar zij waren evenzeer ver»
plicht op de groote verantwoordelijkheid te wijzen van
de onbeperkte aansprakelijkheid, die juist het zwaarst
drukte op de best»gezeten en door de fortuin begun»