1120 Zonder inkomen kan geen mensch en ook geen bond leven; en daarom moet een Bond contributie heffen, welke bij onze land* en tuinbouwers echter heel gering is, in vergelijking met wat zoowel werklieden als patroons betalen. Men zal verbaasd staan als men de verschillen ziet: De leden van den Nederlandschen K. K. Fabrieks* arbeidersbond, dus gewone fabrieksarbeiders, betalen per jaar aan contributie: bij een weekloon van 1215 gld.23.40 bij een weekloon van 2022.50 gld: 29.64 De leden van den Nederl. R. K. Bond van Handels* kantoor* en winkelbedienden, betalen per jaar aan contributie: bij een jaarsalaris van 8001000: 18.- bij een jaarsalaris van 14001600: 25.20. De leden van den Nederl. R. K. Bond van Bloemist* tuin*, veen* en landarbeiders betalen per jaar aan con tributie 13.— 15.60 of 18.20 naar gelang hun loon. Nu zijn bij deze contributies ook bijdragen begrepen voor enkele fondsen, als werkloozen* of ziektefonds maar dit doet aan de klem van ons betoog niets af. Want indien de arbeiders voor de behartiging van hunne belangen zooveel geld overhebben, is het dan wel te begrijpen, dat er nog land* en tuinbouwers zoo kort* zichtig kunnen zijn, om voor de bevordering hunner belangen niet de enkele guldens over te hebben die de contributie der verschillende Land* en Tuinbouwbon* den bedraagt? Wat de bonden der werkgevers betreft, deze vragen aan hunne leden, wanneer men er den vakbond bij* rekent eene contributie, welke bij een zaak van eenigen omvang, honderden guldens per jaar bedraagt. Maar als men de zegeningen der vereenigingen wil genieten, moet men er ook de kosten van dragen. Bovenstaande zijn slechts eenige beschouwingen, die met nog zeer vele andere aan te vullen zijn.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1925 | | pagina 8