1125 Het spreekt vanzelf, dat zoodra iemand ophoudt kas; sier te zijn, hetzij tijdelijk bij schorsing, hetzij definitief bij ontslag, hij al hetgene onder zijne berusting is, zoowel geld, boeken als verdere papieren en bescheid den, moet overdragen aan den Directeur, die het hoofd is van het Bestuur. Zou hij dit weigeren, dan zou hij langs rechterlijken weg daartoe gedwongen moeten worden. Memorieboek. J. A. HAAS. "f Den 10 Juni 1925 overleed te Dalmsholte de heer Johannus Antonius Haas, in den ouderdom van ruim 58 jaren. De overledene was van de oprichting af, den 17 Februari 1912, tot aan zijn dood, lid van den Raad van Toezicht. Met de meeste toewijding behartigde hij de belangen der Boerenleenbank, woonde steeds trouw de vergaderingen bij tot een slepende ziekte hem dit belette, maar ook toen nog ging hem de Boerenleen; bank ter harte, en verzocht hij den kassier, om hem telkens nog van het een en ander op de hoogte te hom den, en gaf nog steeds goeden raad, die zoo gaarne werd opgevolgd. De overledene was om zijn eenvoud en oprechtheid algemeen geacht en bemind. Moge hij dan ook voor zijn verdienstelijk leven reeds zijn loon ontvangen hebben in den hemel. Hij ruste in vrede. AUG. LEYENDEKKERS. Den 14 September overleed te Linne de heer Aug. Leyendekkers, die bij de oprichting der Boerenleen; bank in 1907 benoemd werd tot kassier, welk ambt hij met ijver en nauwgezetheid vervulde tot in 1922, toen hij gedwongen door hoogen ouderdom, zijn ambt neer; legde. Maar zijne belangstelling voor de Boerenleen; bank werd hierna niets minder. Want steeds was zijne

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1925 | | pagina 13