1067
Het geval heeft zich voorgedaan, dat de Kassier eener
Boerenleenbank door onverlaten, die het gemunt had*
den op den inhoud van de brandkast der Bank, is
overvallen en verwond, gelukkig niet gevaarlijk. Voor
de gevolgen van den diefstal was de Bank verzekerd,
en zij heeft de gelden, die haar toen werden ontstolen,
van de verzekeringsmaatschappij teruggekregen.
Maar er is nog een andere kant aan de kwestie, n.1.
de Kassier zelf, die gewond werd. In het onderhavige
geval is alles goed afgeloopen, en was de Kassier weer
spoedig hersteld. Maar indien zich ooit het geval zou
voordoen, dat een Kassier zwaar gewond zou worden,
misschien zou komen te overlijden, of als hij invalide
werd en onbekwaam tot werken, dan zou men zulk een
persoon niet aan zijn lot mogen overlaten. Er zou, dat
zal wel geen tegenspraak ontmoeten, op een of andere
manier voor den man of zijn familie moeten gezorgd
worden. Nu komt het ons voor, dat een plaatselijke
Bank alléén niet zoo gemakkelijk in zulk een geval zou
kunnen voorzien. Het zou, dunkt ons, meer voor dc
hand liggen, dat dan onze Boerenleenbanken zouden
samenwerken, om het benoodigde geld bijeen te krijgen
om te helpen. Een kleine bijdrage per Bank zou dan
gemakkelijk een behoorlijke uitkeering mogelijk maken,
waardoor het mogelijk zou worden veel leed te verzacht
ten en veel zorg te voorkomen.
Het Bestuur zou het dan ook op prijs stellen, te weten,
of de Algemeene Vergadering met het denkbeeld zou
kunnen meegaan, om als zich nog eens ooit zoo iets
voordoet, door een speciale commissie, bestaande uit
het Bestuur der Centrale Bank en twee Directeuren en
twee Kassiers van plaatselijke Banken, aan te wijzen
door den President van den Raad van Toezicht, te doen
vaststellen cf en zoo ja, welke uitkeering aan een bes
paald persoon of zijn familie zal worden gedaan. In ieder
geval zou dus speciaal voorzien worden, waardoor dan
de gelegenheid zou bestaan om met alle bijzondere oms
standigheden rekening te houden. Betaald zouden dan
kunnen worden b.v. 1) de kosten van geneeskundige
behandeling; 2) de kosten, verbonden aan een onders
