1030 Onkosten 175.631.07 Afschrijving gebouwen1.600. Bijdrage pensioenfonds25.000. Reserve landbouwdebiteuren 100.000. Reserve effecten*koersverschillen 470.727.63 VerIies*saldo opgeheven boerenl.banken 1.243.74 Winst 193.387.79 Totaal 967.590.23 Deze cijfers toonen dus aan, dat er in 1924 eene koers* winst gemaakt is van 470.727.63, welke geheel naar de Reserve voor koersverschillen wordt overgebracht. Winstver deeling. Volgens de Statuten van de Centrale Boerenleenbank wordt van de winst eerst 10% in het Reservefonds gestort. Van het overblijvende wordt op het gestorte op de aandeelen 6% uitgekeerd, waarna het overige als volgt wordt verdeeld: 85% aan het gewoon Reservefonds; 10% aan de Gemeenschappelijke Reserve; 5% ter beschikking van de Algemeene Vergadering. Wij krijgen dus: Winst193.387.79 Reserve 10%19.338.78 Blijft 174.049.01 Dividend: 6% van 2.195.000 met 10% storting 13.170. 7 160.879.01 Waarvan: 85% aan gewoon Reservefonds 136.747.16 10% aan Gemeenschappelijke Reserve 16.087.90 5 ter beschikking van de Algemeene Vergadering8.043.95 Zoodat aan de Reserve kan worden toegevoegd: 19.338.78 en 136.747.16 Totaal 156.085.94 oo/pw

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1925 | | pagina 10