992 traktement en hooge provisie. In een hotel in de nas burige stad zou op een bepaalden dag de Directeur de sollicitanten afwachten. Ook onze boerenzoon trok erheen. Hij werd mooi ontvangen, zou een fatsoenlijk vast inkomen krijgen, groote provisie van de verzekes ringen, die hij aanbracht, maar.... hij moest tevoren een waarborgsom storten van 2000.Toen de jongen thuis kwam was hij in de wolken, en vader niet minder. Vader had goed gespaard, en een bedrag van nagenoeg duizend gulden had hij naar de Boerenleenbank ges bracht. Nu ging hij terstond op weg naar den kassier der Boerenleenbank, om zijn duizend gulden op te vragen, en om te overleggen, hoe hij de tweede duizend gulden zou krijgen. Natuurlijk vertelde hij de heele zaak, en de Kassier, die meer van de wereld gezien had, vroeg of hij ook al inlichtingen naar die verzekering genomen had en op welke voorwaarden de waarborgs som gestort moest worden. De vader stond verbaasd te kijken. Daar had hij niet aan gedacht. Zijn zoon had hem verteld van den deftigen mijnheer, en dat er nog wel tien menschen met hem tegelijk daar waren, om dat postje te bemachtigen, zoodat er groote haast bij was. Maar nu de Kassier hem er opmerkzaam op maakte, ja, nu vond hij toch ook, dat hij zijn goed geld zoo maar niet naar dien deftigen maar vreemden mijns heer moest brengen. De Kassier vroeg, om het aan te gane contract in te zien, en daaruit bleek al terstond, dat men hoogst voorzichtig moest zijn. Want in dat contract stond de bepaling, dat de waarborgsom vers beurd werd, als de vertegenwoordiger „de belangen der Verzekeringsmaatschappij niet voldoende behartigde". Dat was een artikel, dat tot nadenken stemde. Een der bestuursleden kende een heer te Utrecht, waar de zetel der verzekeringsmaatschappij gevestigd was, en vroeg inlichtingen. Deze waren kort en bondig: Wees voors zich tig; hier staan de directeuren zeer slecht bekend. Het gevolg was, dat de man zijn geld veilig liet staan, en zijn zoon iets anders liet zoeken. En gelukkig, want een jaar later was die verzekeringsmaatschappij failliet, en van de waarborgsommen werd niet veel teruggezien.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1925 | | pagina 4