940
De controle begint nu, met de boekjes te tellen, welke
nog niet zijn uitgegeven, en na te zien, of de controles
nummers op de boekjes dezelfde zijn, als die, welke in
de lijst voorkomen.
Kloppen dit aantal en de betrokken nummers, dan
weet het Bestuur dat alle volgens formulier 35 niets
uitgegeven boekjes in het archief der Boerenleenbank
berusten.
In den loop van het jaar kunnen ook boekjes zijn ins
getrokken, omdat de geheele rekening werd afgesloten,
of kunnen boekjes, welke vol waren, door andere vers
vangen zijn.
Ook deze ingetrokken of door andere vervangen
boekjes moeten aanwezig zijn, en door het Bestuur
worden gecontroleerd.
Zouden er één of meerdere boekjes ontbreken, dan
mag het Bestuur niet rusten, vooraleer deze boekjes
terecht zijn, want dan zou de mogelijkheid bestaan, dat
iemand gelden in de Boerenleenbank heeft ingelegd,
welke in de boeken niet verantwoord zijn.
Hierna wordt aan de hand der Grootboeken een lijst
gemaakt van de uitgegeven boekjes, en klopt die lijst
met de opgaven van formulier 35, dan weet het Bestuur,
dat alle in formulier 35 als „uitgegeven" vermelde boeks
jes ook inderdaad uitgegeven zijn.
II.
Het opvragen der boekjes.
Wil men nagaan, of de saldo's in de verschillende
boekjes gelijk zijn aan de saldo's, welke in de Grootboes
ken der Boerenleenbanken voorkomen, dan moeten de
uitgegeven boekjes aanwezig zijn wat de voorkeur
verdient of moet men een saldosbiljet hebben, waarop
de rekeninghouder aangeeft, welk bedrag hij te goed
heeft of nog te betalen heeft, naar gelang het spaars
boekjes, voorschotboekjes of boekjes in loopende rekes
ning geldt.
Allereerst moeten dus de boekjes opgevraagd worden.