950
Antoon Voskuilen, die enkele dagen te voren door een
noodlottigen val ernstig gekneusd was in zijne woon»
plaats te Hooglanderveen.
De Boerenleenbank en het vereenigingswezen verlies
zen in den heer Voskuilen eene persoonlijkheid, die nog
in het volle leven stond, en van wiens werkkracht en
energie nog zeer veel te verwachten was.
Maar God heeft er anders over beschikt, en wij zullen
in den geest van den overledene handelen, als wij zon»
der klagen ons aan Gods H. Wil onderwerpen.
Hij ruste in vrede.
Waarom en hoe moet men sparen
II. Hoe moet men sparen
3 Regel: Koop niet, wat gij niet noodig hebt.
Altijd moet ge bij uitgaven vragen: Is dat nu volstrekt
noodzakelijk? Kunt ge die vraag in geweten bevestigend
beantwoorden; goed, sluit dan den koop. Maar hoe diks
wijls zal het geldstuk weer in den zak gestoken worden!
En hoeveel geld zult gij in den loop van een jaar sparen,
indien ge bij alles wat u tot koopen uitnoodigt, niet
vraagt: Kan ik het gebruiken? maar: Kan ik het missen?
Versmaad het overbodige dan zal u het noodzakelijke
zelden ontbreken. Koopt niets wat gij niet noodig hebt,
anders zult gij moeten verkoopen, wat ge noodig hebt.
Hebt ge echter door verstandige zuinigheid een ronde
som ter zijde gelegd, dan moogt ge u ook nu en dan een
buitengewone uitgave veroorloven. God heeft immers
in zijne goedheid zooveel geschapen, wat slechts tot
onze vreugd en ons genot strekken moet.
4 Regel: Beperk uwe behoeften.
Niemand zal ontkennen dat onze tijd en onze gene»
ratie zich behoeften heeft geschapen, waarvan men in
vroeger tijden geen vermoeden had. Is er wel een ziekte,