682
Natuurlijk zijn het de plaatselijke en Centrale Boeren*
leenbanken, die hiervoor het best zorgen. Maar in groote
bevolkingscentra kunnen deze niet steeds voldoende
werken, en daarom zijn er hulpinstituten in den vorm
van Naamlooze Vennootschappen in het leven geroe*
pen. Zulke banken zijn opgericht in Stettin, Landsberg,
Halle, Hanover, Dresden en als vereenigingen met be*
perkte aansprakelijkheid te Stuttgart en Wiesbaden.
Deze banken brengen veel geld naar landbouwkrin*
gen, dat anders voor den landbouw zou verloren gaan.
Maar wel werd de vrees geuit, of deze groote banken
geen schade zouden kunnen doen aan het idïeele van
het vereenigingsleven.
Men ziet echter uit deze nieuwe stichtingen, dat het
landbouwcrediet in Duitschland doen wil wat mogelijk
is, om in den verwarden toestand te helpen, zooveel als
doenlijk is.
Laten wij hopen, dat de duizenden landbouwver*
eenigingen in staat zullen zijn, de heerschende ellende
te verminderen, en mede te werken tot den opbouw
van een betere toekomst.
Voor ons land kunnen wij, uit den ellendigen toestand
van Duitschland de les trekken, dat wij te waken heb*
ben voor de waardevermindering van het geld, dat de
groote oorzaak is van de ellende, die er geleden wordt.
Al kunnen dan de belastingen, die het evenwicht in
de staathuishouding moeten brengen, zwaar drukken,
bedenken wij, dat de waardevermindering van het geld
een nog veel zwaarder juk op de geheele bevolking legt.
Memorieboek.
PETRUS VAN BESOUW en FRANS TIJSSEN
In de maand Juli had de Boerenleenbank te Geldrop
het verlies te betreuren van twee ijverige bestuursleden,
de Heeren Petrus van Besouw en Frans Tijssen, over*