617 mede toe te schrijven aan Uw aller aandrachtig samen; gaan, aan de levende werkelijkheid, van het oude woord: Eendracht maakt Macht. Hier wil ik ook openlijk dank brengen aan het personeel van de Centrale Bank, dat zich met zooveel ijver en toewijding van zijne taak heeft gekweten. Ik mag den wensch uitspreken, dat de idee der christelijke solidariteit zoo heerlijk belichaamd in de organisaties der Boerenleenbanken, daar steeds met den dag in voller bloei moge komen te staan. Ten slotte een enkel woord over de Hanze Bank te 's Bosch. Met leedwezen in het hart hebben wij moeten vernemen, dat deze Middenstandsorganisatie in moeie* lijkheden is gekomen, moeielijkheden van dien aard, dat zij zich genoodzaakt heeft gezien een beroep te doen op de hulp van de Regeering en surséance van betaling heeft moeten aanvragen. Laten wij de hoop uitspreken, dat zij deze crisis te boven komt, en in staat worde ge? steld, om, na een grondige interne reorganisatie, te kun* nen bewijzen, dat haar bestaan voor den middenstand van zeer groote beteekenis is. Wat nu onze verhouding tot de Hanze Bank betreft, het volgende: Ten einde de Hanze Bank in staat te stellen hare roe; ping te vervullen, is er sinds verschillende jaren, eene finantieele relatie ontstaan tusschen haar en onze Cen* trale Bank. Het Bestuur heeft gemeend, dat eene beleg* ging van gelden der Centrale bij eene organisatie, die in het belang van den Middenstand was opgericht, in de lijn lag van een Instelling als de Centrale Bank die ook een sociale roeping te vervullen heeft, maar onder voorwaarde dat deze belegging door zulke goede onderpanden was gedekt, dat de Centrale Bank er nimt mer eenig risico bij zou loopen. Wij hebben dan ook steeds de noodige zekerheid gevorderd en verkregen, wijl wij ons bewust zijn van de verantwoordelijkheid voor het geld, aan de Centrale toevertrouwd. ïk kan U dan ook thans de uitdrukkelijke verklaring geven, die ik gerechtigd ben namens mijn Bestuur af te leggen, dat de Centrale Bank voor hetgeen zij te vorderen heeft,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1923 | | pagina 5