2 Artikel 19 d. 1. De bijdragen tot dekking der verliezen der leden als bedoeld in art. 50 sub a, der Statuten waarbij effectenkoersverliezen buiten beschouwing blijven, zullen alsdan alleen worden gegeven, indien aan het Bestuur der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank ge* bleken is, dat voldaan is aan de navolgende voor? waarden: 1°. uit de overgelegde balans moet blijken, dat de aanvragende boerenleenbank verliezen heeft ge* leden, die niet of niet ten volle uit het reserve* fonds kunnen worden gedekt. 2". de verliezen moeten niet te wijten zijn aan koers* daling van effecten. 3°. de verliezen moeten niet geleden zijn tengevolge van handelen of nalaten door Bestuur of Raad van Toezicht der aanvragende Boerenleenbank in strijd met de Statuten of met de bijzondere voor* schriften door of namens het Bestuur der Coöpe* ratieve Centrale Boerenleenbank gegeven. 4". de verliezen moeten niet zijn geleden tengevolge van handelingen of nalatigheden van den Kassier, die door een gewoon toezicht van het Bestuur en* of Raad van Toezicht hadden kunnen voorkomen worden. 5°. het beheer der aanvragende Boerenleenbank moet overigens voldoen aan de normale eischen, en die maatregelen moeten getroffen worden, die het Bestuur der Coöp. Centrale Boerenleenbank ter verbetering noodig acht. 2. Wanneer de voorwaarden in het eerste lid van dit artikel onder 3° en 4° vermeld, niet zijn vervuld, kan het Bestuur der Coöp. Centrale Boerenleenbank toch, wegens bijzondere omstandigheden, waarbij voorname* lijk het welzijn der leden van de aanvragende boeren* leenbank in het oog zal worden gehouden, besluiten eene bijdrage uit de Gemeenschappelijke Reserve te doen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1923 | | pagina 42