559 tuinbouwers te verstrekken. Bij deze regeling, die thans in een vergevorderd stadium van voorbereiding is, (deze regeling is thans gereed en volgt hierachter) moeten de noodige waarborgen worden geschapen, dat alleen die tuinders, die geacht kunnen worden daarvoor redelijker* wijze in aanmerking te komen, worden geholpen en dat misbruik van de voorschotten ten nadeele van de pro* vincie, zooveel mogelijk is uitgesloten. De door Gedeputeerde Staten geraadpleegde voor* mannen uit tuinbouwkringen hebben zich eenstemmig verklaard tegen het denkbeeld den steun, door de Pro* vincie te verleenen aan de noodlijdende tuinbouwers in dit gewest, te doen bestaan in het geven van uitvoer* toeslagen voor de thans nog bij de bouwers opgehoopte stapelproducten, omdat: a. daardoor de steun van de Provincie ten goede zou komen aan allen, die goederen uitvoeren, dus ook aan hen, die daaraan voor de instandhouding van hunne bedrijven geen behoefte hebben; b. daardoor de tuinders, die aan steun wel behoefte hebben, doch op het oogenblik geen stapelproducten in voorraad hebben, van dien steun verstoken zouden blijven. Gegarandeerd zullen slechts worden de voorschotten, welke verleend worden ter betaling van de arbeids* loonen en de bedrijfsbenoodigdheden, welke voor de instandhouding der bedrijven noodzakelijk zijn, en dit alleen, indien op goede gronden is aan te nemen, dat het bedrijf daarmede bij ontwikkeling van normaler omstandigheden, voldoende gebaat zal zijn, aflossing van het voorschot mogelijk is en andere hulp op redelijke wijze niet te verkrijgen is. Zoowel de voorschotnemer als de bank, welke het voorschot verleent, moeten zich onderwerpen aan de dpor Gedeputeerde Staten vast* gestelde voorwaarden. Een van deze voorwaarden is, dat ten minste 10 pCt. van het bedrag wordt gegaran*

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1923 | | pagina 15