482 Wat we zooeven uiteengezet hebben, is de grondslag van het spaarsysteem, dat men tontines noemt, naar een bankier, Tonti genaamd, die dit spaarsysteem in de 17e eeuw in Frankrijk invoerde. Dit spaarsysteem kan op verschilende wijzen wor; den toegepast. Zoo, bijvoorbeeld, kan één persoon meer dan één in* schrijving nemen; als bepaald is, dat men per jaar bijv. 100 gulden zal storten, dan kan één persoon 2 of 3 maal 100 gulden per jaar storten, en ontvangt dan ook bij de verdeeling van de „Kas" 2 of 3 maal meer, dan degene, die slechts 1 maal 100 gulden gegeven heeft. Ook kan degene, die de gelden stort, degene, die de gelden zal ontvangen, en degene, die nog in leven moet zijn, als de spaarkas eindigt, dezelfde persoon, of ver* schillende personen zijn. Zooals gezegd is, ontvangen de erfgenamen van iemand, die sterft vóór de bepaalde tijd verstreken is, niets van hetgeen de overledene gestort heeft. Dit schrikte velen van de deelname af, vooral wam neer ze gehuwd waren. Daarom heeft men thans de mogelijkheid opengesteld, om zich te verzekeren tegen dit risico, Door het be= talen eener premie kan men bereiken, dat de gestorte premies, al dan niet met rente vermeerderd, aan de na» gelaten betrekkingen worden uitgekeerd. Maar dit is dan eene bizondere verzekering, die men sluiten kan, maar waartoe men niet verplicht is. Nu begrijpt men, dat er een persoon of eene Maat* schappij moet zijn, die de gelden int en de gelden be* lieert. Gewoonlijk is dit een Naamlooze Vennootschap, en zoo kennen wij in ons Land tegenwoordig vele Naaim looze Vennootschappen, die zulke spaarkassen be- heeren. Deze Naamlooze Vennootschappen, of zij Onder-- linge Spaarkas," „Algemeene Spaarkas," „Spaar en Be> leggingskas" of hoe dan ook heeten, kunnen de spaar;

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1922 | | pagina 2