deze resultaten zijn ook te danken aan de toewijding van het personeel, aan wie hij eveneens dank zegt, en in het bijzonder aan den nieuwen Directeur, aan wiens wijs en voorzichtig beleid en enorme werkkracht het mede te danken is, dat 1921 een jaar van zoo groote beteekenis is geworden. Laten wij zorg dragen, aldus besloot de heer Fles* kens, voor eendrachtige en eensgezinde samenwer= king, en dan zullen wij, met Gods hulp, de moeilijke tijden kunnen dragen, die de landbouw te wachten heeft. Een der afgevaardigden stelt de vraag, of het niet mogelijk ware, dat de lokale banken niet meer verplicht werden, tot één derde der spaargelden bij de Centrale Boerenleenbank te plaatsen; dan konden zij zelve het geld beleggen, en daarmede meer winsten maken, om de Reserve bij de lokale banken te verhoogen. Van de Bestuurstafel werd hierop geantwoord, dat deze bepaling noodzakelijk was, om steeds goedkoop geld beschikbaar te kunnen hebben voor boerenleenbank ken, die aan crediet behoefte hebben. Indien eene boek renleenbank aan eigen leden voorschotten kan geven, dan kan zij al hare spaargelden daartoe gebruiken; maar heeft zij meer gelden, dan noodig zijn om den eigen leden voorschotten te geven, dan moet zij deze gelden tot een bedrag van Va der spaargelden aan de Centrale in deposito geven. Daardoor kan de Centrale dan ook steeds goedkoop crediet geven aan de credietbehoevenk de aangesloten boerenleenbanken. Daarenboven moet men niet meenen, dat het beschikk ken over vele gelden steeds een verhooging der winst wil zeggen. Aan iedere geldbelegging is een risico verk bonden. Dat hebben verschillende boerenleenbanken ondervonden, die een deel van hun geld in effecten hebben belegd. Die Russen kochten zijn hun geld zoo goed als geheel kwijt, hoewel in dien tijd de Russen voor een zeer soliede belegging golden. Maar ook de meest soliede effecten zijn zeer gedaald en er zijn boerenk leenbanken, die na jaren arbeidens, nog geen reservek 418

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1922 | | pagina 6