423
gingen eene aansprakelijkheid vordert. En waar men
hier den zekersten weg wenschte te bewandelen vond
het Bestuur 't meer gewenscht de aansprakelijkheid in
te voeren dan het getal der aandeelen te vermeerderen.
Door een der afgevaardigden werd de vrees uitge»
drukt dat de boerenleenbanken, die vele aandeelen
moesten nemen, rente»verlies zouden lijden; zij zouden
immers wat zij op de aandeelen moesten storten, bij de
Centrale Boerenleenbank moeten opnemen tegen 41/a%
terwijl zij maar 4% als dividend zouden ontvangen.
Hierop werd geantwoord, dat aan deze Algemeene
Vergadering zal voorgesteld worden het maximum divi»
dend van het gestorte op de aandeelen op 6% te be=
palen, zoodat het nog een gunstig verschil is als dit
dividend kan gegeven worden, wat met het oog op den
toestand der Centrale Bank wel tot in verre toekomst
te verwachten is.
Dan werd de vraag gesteld, of het niet mogelijk is, dat
de Centrale Bank de verplichting op zich neemt, de
aandeelen terug te nemen, als het crediet eener boeren»
leenbank vermindert.
Van de Bestuurstafel werd hierop geantwoord, dat
het niet wenschelijk is, de eenmaal uitgegeven aandeelen
terug te nemen, wijl men daardoor een kapitaal zou ver»
krijgen, dat verminderd kan worden, en zulks zou niet
bevorderlijk zijn voor de soliditeit van de Centrale
Organisatie.
Wel ligt het in de bedoeling van het Bestuur, om de
aandeelen, die de ééne boerenleenbank overtollig heeft
aan eene andere boerenleenbank te geven, die eene
nieuwe crediet»opening vraagt. Maar eene verplichting
aan het Bestuur der Centrale Boerenleenbank opleggen,
die ook in rechten te vorderen was, achtte men niet
gewenscht, omdat daardoor de weg tot processen ge»
opend werd. Daarenboven zal de ondervinding ook hier
den juisten weg moeten leeren. Want als eene kleinere
boerenleenbank een groot aantal aandeelen overtollig
heeft tegen eene grootere boerenleenbank een enkel,