392
f
Uit bovenstaande statistiek blijkt, dat de verhouding
van het aandeelenkapitaal plus het reservefonds, tot de
door de plaatselijke boerenleenbanken gedeponeerde
gelden en de Kbjarig eschuldbrieven in het laatste jaar
slechts was als 100 tot 4.3.
Om deze verhouding weêrom tot de normale terug te
brengen, stelt het Bestuur der Coöperatieve Centrale
Boerenleenbank, met goedkeuring van den Raad van
Toezicht voor
1. aan ieder aandeel van duizend gulden in
Jaar
Gedeponeerde
gelden der
Boerenleenbanken
Aandeelen-
Reservefonds
Verhouding van Aan
deelenkapitaal tot
en 10-jarige
kapitaal
deposito's
Schuldbrieven
1 aandeel per Boerenleenbank
1899
f 105000,-
f 33000,-
31%
1900
211000,—
46000,-
21
1901
388000,—
62000,—
15
1902
479000,-
80000,-
16
1903
728000,-
104000,—
14
1904
968000,-
132000,—
12
2 aandeelen per Boerenleenb
1905
1161000,
311000,
26%
1906
1585446,
380000.
1561,
24
1907
1565963,
432000,
11697,—
27
1908
2125054,-
474000,—
19168,
22
1909
3052974,—
526000,-
32427,
17
1910
4270364,-
566000,-
44410,
13
1911
5661732,-
620000,-
51625,-
10
1912
6238929,—
692000,-
56787,—
11
1913
6817342,—
726000,-
11000,
10
1914
6815652,
756000,—
11
3 aandeelen per Boerenleenb
1915
12423620,
1158000,
120283,
10
1916
21582136,
1227000,
120283,—
7,2
1917
34478637,-
1269000,
136011,
4
1918
53502832,-
1308000,—
189293,—
2,8
1919
56533864,-
1410000,-
202815,-
2,8
1920
48205885,-
1470000,-
212278,-
3
1921
50578200,-
1503000,-
692000,-
4,3