398 10 pet. der overwinst van de Centrale Boerenleenbank in het Gemeenschappelijk Reservefonds gestort. Dit gedeelte der winst wordt in de boeken der Cen* trale Boerenleenbank terstond geschreven op rekening van iedere Boerenleenbank, en wel volgens een maatstaf, die door het Bestuur nader zal bepaald worden. Op het oogenblik wordt als de meest billijke maatstaf van verdeeling, eveneens in navolging van de Bel* gische Middenkredietkas geacht, de verdeeling naar de mate, dat iedere boerenleenbank rente getrokken heeft van of rente betaald heeft aan de Centrale Boerenleenbank. Een voorbeeld zal deze bepaling duidelijk maken. Veronderstel, dat de Centrale Boerenleenbank aan de aangesloten boerenleenbanken aan rente voor de de* posito's heeft uitbetaald 1.500.000 en ontvangen aan rente van de voorschotten aan de boerenleenbanken 500.000. Als nu de winst der Centrale Boerenleenbank zoo groot is, dat 100.000 in het Gemeenschappelijk Re* servefonds kan gestort worden, dan kan hieruit 5% van de ontvangen en betaalde rente gegeven worden. (5% van 2.000.000 100.000) Een boerenleenbank die 10.000 rente heeft ontvagnen van de Centrale Boerenleenbank wordt in dat Reservefonds dan ge* boekt voor 500; eene boerenleenbank die eenzelfde som heeft moeten betalen voor de verkregen voorschot* ten, wordt eveneens geboekt voor 500. En eene boe* renleenbank, die een gedeelte van het jaar tegoed had bij de Centrale, en uit dien hoofde aan rente moest ontvan* gen 3000.maar een ander gedeelte debet stond, en aan rente moest betalen 4000, wordt in het Gemeen* schappelijk Reservefonds geboekt voor 5% van 7000 3000 4000) of 350. Evenals de Centrale Boerenleenbank, zullen ook de plaatselijke boerenleenbanken bijdragen geven aan dit Gemeenschappelijk Reservefonds.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1922 | | pagina 10